Deventer – De gemeente krijgt volgend jaar zo’n 2,1 miljoen euro minder geld van het rijk voor huishoudelijke hulp. Om dit op te vangen, geldt er nieuw beleid vanaf 2015, met een overgangsregeling voor mensen die nu al huishoudelijke hulp ontvangen.
Het college vraagt advies hierover aan de Wmo adviesraad. Na de zomer volgt een definitief voorstel dat aan de gemeenteraad gestuurd wordt ter besluitvorming.
Mensen die hulp in de huishouding nodig hebben, betalen na 1 januari zelf de kosten. Mensen met een lager inkomen, kunnen een bijdrage in de kosten krijgen.
Aansluiten bij behoefte
Wie nu huishoudelijke hulp heeft, krijgt die ook in 2015 en 2016. Nu krijgen zij gemiddeld 2,7 uur in de week hulp, daar gaat een uur vanaf. Zo draagt ook deze groep bij aan de noodzakelijke besparing. In 2015 en 2016 voert de gemeente met deze inwoners een keukentafelgesprek, om te kijken of de hulp nog aansluit bij de behoefte.
Nieuwe werkwijze
Aanleiding voor de nieuwe werkwijze is de rijksbezuiniging van 40% op het gemeentelijk budget voor de huishoudelijke hulp. Voor Deventer gaat het om zo’n 2,1 miljoen euro per jaar. In Deventer ontvangen ongeveer 2.000 inwoners huishoudelijke hulp via de gemeente. De compensatieregeling voor mensen met een lager inkomen wordt de komende maanden uitgewerkt.
Niemand buiten de boot
De besparingen op de huishoudelijke hulp sluiten aan bij maatschappelijke ontwikkelingen. Het rijk gaat er vanuit dat mensen eerst steun krijgen vanuit hun eigen netwerk, zoals familie, vrienden en buren. De overheid is er voor de mensen die deze steun niet kunnen organiseren, zodat niemand buiten de boot valt.